Momenteel is de situatie weer langzaam ten goede aan het keren, alhoewel ik nauwelijks nog een vader spreek. De moeders hebben definitief het heft in handen genomen. Afgelopen 2 maanden heb ik 6 probleemgesprekken gehad, waarvan 1 met een vader. De huidige moeder is in die zin veranderd dat ze 'mee begint te denken, oog heeft voor het probleem en niet constant het probleem naar anderen schuift, maar ook bij zichzelf en de zoon te rade gaat en wil meewerken om het probleem op te lossen'. Niet met een stuk hout, zoals 30 jaar geleden, maar door een 'goed en langdurig' gesprek met de jongeling in kwestie. Waar een jaar of 10-15 geleden de moeder een mogelijke vijand was, kun je haar tegenwoordig op de goede manier gebruiken (samenwerken!) om dingen voor elkaar te krijgen, die anders maanden zouden duren. Want waar hebben veel opstandige jongeren van 16-20 jaar een grondige hekel aan? Juist ja; aan een lang gesprek met hun ouders over het wel en wee op de onderwijsinrichting. Volkomen normaal, heeft vrijwel iedereen wel last van gehad. Dus langzaam is de volgende strategie in sommige gevallen zeer effectief: 'als jij je schoolcarrière niet op die-en-die manier gaat inrichten, dan moet ik helaas je moeder bellen.' Vaak kijken studenten mij dan verschrikt aan. 'Nee! Niet weer een goed gesprek!' Gelukkig zijn moeders steeds meer bedreven geraakt in dit soort gesprekstherapie en weet een hedendaagse jongere dat dit veel tijd opslorpt die ze bijvoorbeeld zouden kunnen besteden aan het bezoeken van Feesboek om te onderzoeken of hij of zij nog bestaat (Ik Feesboek, dus ik besta). De keus is dan vrij makkelijk: de hedendaagse jongere besluit vrij snel, met wat tegenzin, om te doen wat van hem verwacht wordt om zo het gesprek met zijn moeder te vermijden. WIN-WIN-WIN dus: ik hoef niet verder in actie te komen, leerling doet wat hij moet doen, moeder hoeft ook niets te doen. Fijn dat er moeders zijn!
donderdag 8 november 2012
Moeders
25 Jaar geleden kon een gesprek met een ouder en student als volgt plaatsvinden: vader komt met zoon binnen en gaat zitten. Ik weet dat ik de vader moet gaan vertellen dat de resultaten weliswaar redelijk zijn, maar dat er gedragstechnisch wel het een en ander aan te merken valt. Ik observeer vader en zoon en zie dat er een vader-zoonconflict speelt. Ze lijken veel op elkaar. De vader komt met een enigszins rood hoofd binnen. Ik begin mijn verhaal en midden in de uitleg over het gedrag van de zoon, ontploft de vader zo'n beetje en zegt:'godnondeju, dacht ik ut nie, altijd hetzellefde me jou. En wa nou? Hij moet nondeju met 'n end hout geslagen worre, anders lirt ie ut nooit.' Ik kijk hem onderzoekend aan of hij verder nog wat te melden heeft, terwijl de zoon ineen krimpt. ' ... en da moete gullie ok doen, of hedde gullie gin hout, anders kum ik ut wel brenguh.' Bovenstaande was wel uitzondering, maar kon voorkomen. Generaliserend kan gesteld worden dat 25 jaar geleden vader, moeder, zoon met de pet in de hand, de ogen neergeslagen aanhoorden wat 'de mister' te vertellen had en daarna braaf naar huis gingen, zonder het gezag tegen te spreken en uit te voeren wat was opgedragen. Dit was vrij snel afgelopen. Daarna maakten de vaders al snel plaats voor de -veelal assertieve- moeders. Zij waren zeer bedreven in het neerleggen van de schuld bij iedereen behalve bij hun goedbedoelde maar vaak totaal mislukte opvoeding. Vaak ellenlange gesprekken, waarin de moeder wel even uitlegde hoe wij een en ander moesten aanpakken. Hier heb ik veel van geleerd.
Momenteel is de situatie weer langzaam ten goede aan het keren, alhoewel ik nauwelijks nog een vader spreek. De moeders hebben definitief het heft in handen genomen. Afgelopen 2 maanden heb ik 6 probleemgesprekken gehad, waarvan 1 met een vader. De huidige moeder is in die zin veranderd dat ze 'mee begint te denken, oog heeft voor het probleem en niet constant het probleem naar anderen schuift, maar ook bij zichzelf en de zoon te rade gaat en wil meewerken om het probleem op te lossen'. Niet met een stuk hout, zoals 30 jaar geleden, maar door een 'goed en langdurig' gesprek met de jongeling in kwestie. Waar een jaar of 10-15 geleden de moeder een mogelijke vijand was, kun je haar tegenwoordig op de goede manier gebruiken (samenwerken!) om dingen voor elkaar te krijgen, die anders maanden zouden duren. Want waar hebben veel opstandige jongeren van 16-20 jaar een grondige hekel aan? Juist ja; aan een lang gesprek met hun ouders over het wel en wee op de onderwijsinrichting. Volkomen normaal, heeft vrijwel iedereen wel last van gehad. Dus langzaam is de volgende strategie in sommige gevallen zeer effectief: 'als jij je schoolcarrière niet op die-en-die manier gaat inrichten, dan moet ik helaas je moeder bellen.' Vaak kijken studenten mij dan verschrikt aan. 'Nee! Niet weer een goed gesprek!' Gelukkig zijn moeders steeds meer bedreven geraakt in dit soort gesprekstherapie en weet een hedendaagse jongere dat dit veel tijd opslorpt die ze bijvoorbeeld zouden kunnen besteden aan het bezoeken van Feesboek om te onderzoeken of hij of zij nog bestaat (Ik Feesboek, dus ik besta). De keus is dan vrij makkelijk: de hedendaagse jongere besluit vrij snel, met wat tegenzin, om te doen wat van hem verwacht wordt om zo het gesprek met zijn moeder te vermijden. WIN-WIN-WIN dus: ik hoef niet verder in actie te komen, leerling doet wat hij moet doen, moeder hoeft ook niets te doen. Fijn dat er moeders zijn!
Momenteel is de situatie weer langzaam ten goede aan het keren, alhoewel ik nauwelijks nog een vader spreek. De moeders hebben definitief het heft in handen genomen. Afgelopen 2 maanden heb ik 6 probleemgesprekken gehad, waarvan 1 met een vader. De huidige moeder is in die zin veranderd dat ze 'mee begint te denken, oog heeft voor het probleem en niet constant het probleem naar anderen schuift, maar ook bij zichzelf en de zoon te rade gaat en wil meewerken om het probleem op te lossen'. Niet met een stuk hout, zoals 30 jaar geleden, maar door een 'goed en langdurig' gesprek met de jongeling in kwestie. Waar een jaar of 10-15 geleden de moeder een mogelijke vijand was, kun je haar tegenwoordig op de goede manier gebruiken (samenwerken!) om dingen voor elkaar te krijgen, die anders maanden zouden duren. Want waar hebben veel opstandige jongeren van 16-20 jaar een grondige hekel aan? Juist ja; aan een lang gesprek met hun ouders over het wel en wee op de onderwijsinrichting. Volkomen normaal, heeft vrijwel iedereen wel last van gehad. Dus langzaam is de volgende strategie in sommige gevallen zeer effectief: 'als jij je schoolcarrière niet op die-en-die manier gaat inrichten, dan moet ik helaas je moeder bellen.' Vaak kijken studenten mij dan verschrikt aan. 'Nee! Niet weer een goed gesprek!' Gelukkig zijn moeders steeds meer bedreven geraakt in dit soort gesprekstherapie en weet een hedendaagse jongere dat dit veel tijd opslorpt die ze bijvoorbeeld zouden kunnen besteden aan het bezoeken van Feesboek om te onderzoeken of hij of zij nog bestaat (Ik Feesboek, dus ik besta). De keus is dan vrij makkelijk: de hedendaagse jongere besluit vrij snel, met wat tegenzin, om te doen wat van hem verwacht wordt om zo het gesprek met zijn moeder te vermijden. WIN-WIN-WIN dus: ik hoef niet verder in actie te komen, leerling doet wat hij moet doen, moeder hoeft ook niets te doen. Fijn dat er moeders zijn!
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten